Overslaan en naar de inhoud gaan
x
kaasroute

Onbelast schenken voor een notaris in Nederland binnenkort verleden tijd?

In het kader van een weloverwogen successieplanning maken Belgisch rijksinwoners gretig gebruik van de zogenaamde ‘kaasroute’. Deze Nederlandse piste zal weldra echter haar fiscaal voordeel verliezen vanwege een aankomende wetswijziging die vermoedelijk uitwerking zal krijgen op 1 december 2020. Wat maakt die ‘kaasroute’ nu zo populair in het kader van een successieplanning? En is het te overwegen om nog snel gebruik te maken van deze route?

Iedere schenking voor een notaris in België moet verplicht worden geregistreerd en is bijgevolg ook steeds onderworpen aan schenkbelasting.

Tot op heden is de registratie van buitenlandse notariële schenkingsakten met betrekking tot de overdracht van roerende goederen (geld, effectenportefeuille, aandelen van een NV of BV, kunst…) daarentegen niet verplicht.

Als men de buitenlandse schenkingsakte vrijwillig laat registreren in België zal schenkbelasting worden geheven.

In principe zal men er echter voor kiezen om de buitenlandse schenkingsakte niet te registreren in België. Zo kan men de heffing van schenkbelasting in België vermijden. Waarom spreekt men dan over de ‘kaasroute’? De reden is dat men er meestal voor kiest om de buitenlandse schenkingsakte te verlijden voor een notaris in Nederland. De schenking door een Belgisch rijksinwoner voor notaris in Nederland zal immers in principe ook niet worden belast in Nederland. Men betaalt dus noch schenkbelasting in België, noch in Nederland. Voor velen blijkt na het uitrekenen van de uitgespaarde schenkbelasting, de verplaatsing naar Nederland de moeite waard.

Keerzijde van de medaille is dat wanneer de schenker overlijdt binnen de drie jaar (soms zeven jaar) na de schenking, de geschonken goederen toch nog onderworpen worden aan erfbelasting. Indien de schenker deze risicoperiode van drie (of zeven) jaar overleeft zal noch schenkbelasting, noch erfbelasting verschuldigd zijn. Schenkingen voor een notaris in Nederland worden fiscaalrechtelijk dus op dezelfde manier behandeld als handgiften en bankgiften. Merk op dat volgens het recent Vlaams regeerakkoord in het Vlaamse Gewest de risicotermijn van drie jaar zou worden opgetrokken tot vier jaar.

Als men roerende goederen wil schenken heeft men dus de keuze tussen het betalen van schenkbelasting of het ondergaan van het risico gedurende drie (soms zeven) jaar dat toch nog erfbelasting zal verschuldigd zijn over de geschonken goederen.

Een schenking waarbij een Belgisch rijksinwoner beroep doet op een notaris in Nederland heeft, naast het besproken fiscaal voordeel, ook enkele bijkomende voordelen ten opzichte van handgiften en bankgiften (waarvoor geen notariële akte is vereist ). Zo biedt de notariële akte steeds een vaste datum, kan de schenker zich het vruchtgebruik voorbehouden en is een restschenking mogelijk.

Naar verluidt is er een meerderheid in de Kamer om het wetsvoorstel aan te nemen. Door een kleine aanpassing in de Belgische wetgeving zal een schenking voor notaris in Nederland fiscaal geen soelaas meer brengen. Ook roerende schenkingen via notaris in het buitenland zullen immers verplicht registreerbaar worden in België en dus steeds onderworpen worden aan schenkbelasting.

Wil dit zeggen dat voor de toekomst over iedere roerende schenking schenkbelasting zal worden geheven? Neen, overeenkomstig de huidige tekst van het wetsvoorstel zal het nog steeds mogelijk zijn om een handgift of bankgift te doen en deze niet vrijwillig ter registratie aan te bieden. Dit weliswaar onverminderd de hiervoor beschreven risicotermijn van drie jaar en de beperkingen ten opzichte van een notariële schenkingsakte.

Indien de wetswijziging in werking treedt op 1 december 2020, wat dan met de schenkingen voor notaris in het buitenland die plaatsgrepen vóór die datum? Volgens de tekst van het wetsvoorstel zal niets wijzigen voor die schenkingen. Men zal dus niet verplicht worden om ook deze te registreren zodat zij gevrijwaard kunnen blijven van de heffing van schenkbelasting.

Een bijzonder aandachtspunt is er voor de zogenaamde restschenkingen die nog niet werden aanvaard door de tweede begiftigde(n). Bij een restschenking schenkt men goederen aan een eerste begiftigde. Wat bij het overlijden van de eerste begiftigde van de schenking overblijft komt dan toe aan een tweede begiftigde, die eveneens werd aangeduid door de schenker. Indien de tweede begiftigde de restschenking aanvaardt na de inwerkingtreding van de wetswijziging, zal hij of zij schenkbelasting moeten betalen op het ogenblik dat de restschenking uitwerking krijgt. De tweede begiftigde heeft er in principe dus belang bij om de restschenking te aanvaarden voor de 1 december 2020. In dat geval speelt enkel de risicotermijn van drie (soms zeven) jaar.

Geen tijd te verliezen! Indien u overweegt om roerende goederen te schenken, weet dan dat de ‘kaasroute’ nog maar even open blijft, zeer waarschijnlijk tot 30 november 2020. In de praktijk blijkt dat nog heel wat particulieren met een zeker roerend vermogen deze laatste kans wensen te benutten. Door de toenemende drukte in de agenda’s van de adviseurs en notariskantoren in Nederland wacht u beter niet tot de laatste weken van november om ook tot actie over te gaan als u uw schenking nog tijdig wil rond krijgen.

Meer info: ey.com

Auteur:
Kim Verhaeghe en Sven Hubrecht (EY)