Overslaan en naar de inhoud gaan
x
Gaëtan Poelman

Gaëtan Poelman: Een verbinder pur sang

De inzet op een buitenlands netwerk loont. Daarvan moet je diplomaten niet overtuigen. Een begenadigd diplomaat is vandaag vooreerst een ‘verbinder pur sang’. Gaëtan Poelman is het Vlaamse gezicht in Frankrijk. Hij is een pleitbezorger voor een evenwichtige diplomatie die zich met een helikopterview en gevoel voor bestuurlijke verhoudingen inzet voor de Vlaamse relaties met Frankrijk.

Vlaanderen verdedigt sinds 1993 haar eigen beleidsdomeinen in het buitenland. En dat doet het met verve. Als één van de Afgevaardigden van de Vlaamse Regering debatteerde Gaëtan begin maart op de VIW Academie met als onderwerp ‘Diplomatie anno 2020’. In deze editie getuigt hij over zijn belang-stelling voor het internationale gebeuren en zijn parcours naar een diplomatieke loopbaan.

Erasmus in Toulouse

“Er bestaat geen standaard diplomatenopleiding en gelukkig maar”, antwoordt hij op de vraag wat men moet studeren om diplomaat te worden. Zelf breide hij Communicatiewetenschappen en Internationale Betrekkingen aan zijn opleiding Romaanse Talen en Letterkunde. Een studieparcours dat hem een mooie rugzak opleverde. Etappe na etappe bouwde hij ervaring op binnen de Vlaamse overheid. Al vroeg trok hij de internationale kaart. Het bleek een goede leerschool te zijn. “Hoewel nog niet wijdverspreid, bracht Erasmus mij in 2000 reeds naar Toulouse. Ik wou mijn talenstudie écht toepassen. Daar ontlook mijn internationale fascinatie.”

Na zijn studies kwam Gaëtan zonder het te plannen vrij snel in een overheidscontext terecht. In eerste instantie bij de provincie Oost-Vlaanderen, waar hij actief was rond duurzame mobiliteit. “Na een wer-vingsselectie kwam ik bij de Vlaamse overheid terecht, meer bepaald op het Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media. Ik volgde Europese dossiers op en werd halftijds gedetacheerd naar de Perma-nente Vertegenwoordiging van België bij de Europese Unie waar ik nauw samenwerkte met Filip D’Havé die nu mijn collega-afgevaardigde is in Den Haag. Een ongemeen boeiende periode was dat.”

Internationale contacten

Vervolgens ging hij aan de slag op de protocoldienst van de Senaat. “Het was opnieuw een functie met veel internationale contacten. Ik organiseerde buitenlandse zendingen en ontvangsten van delegaties en staatshoofden. Van daaruit ging het opnieuw naar het departement Cultuur, waar het vanaf 2008 alles hens aan dek was voor het Belgische EU-voorzitterschap te ondersteunen.” Na het EU-voorzitterschap bleef Gaëtan als directeur internationaal beleid. De rode draad tekent zich af.

Daarna veranderde hij opnieuw het geweer van schouder. Hij werd algemeen secretaris van de Strategi-sche Adviesraad Cultuur. Het bleek een nieuwe context zonder alle vertrouwdheid op te geven. “Ik werk-te niet langer administratief, maar beleidsmatig met een panel van onafhankelijke experts, deskundigen uit het veld en de academische wereld, mensen met een heel diverse achtergrond en vaak ook een heel andere blik op die materie. Het was bijzonder interessant en verrijkend om hetzelfde beleidsdomein vanuit verschillende invalshoeken te kunnen benaderen.”

Treffende pasvorm

De puzzelstukjes pasten perfect toen de post van Algemeen Afgevaardigde in Parijs vacant werd. Sinds-dien opereert Gaëtan op het hoogste niveau als spreekbuis van Vlaanderen. Het is een absorberende functie, die een waaier van activiteiten en dienstverlening omvat. Vandaag ervaart hij ‘la vie parisienne', nadien wacht hem een roterend bestaan als carrièrediplomaat. “Een typische loopbaan bestaat niet in de diplomatie, wel noodzakelijke eigenschappen: belangstelling voor andere landen en culturen en het ver-mogen om je heel snel in te werken in nieuwe dossiers. Het opbouwen van een netwerk is essentieel. Mijn bagage uit mijn vorige functies blijkt daarbij een meerwaarde.”

“Ik voel me bevoorrecht. Er belanden complexe dossiers op mijn bureau, dat spreekt. Ik haal heel veel voldoening uit mensen connecteren, hen toe te laten voluit hun rol te spelen. Het is niet de bedoeling zelf altijd even nadrukkelijk op de voorgrond te treden, al hoort het er soms bij. Ik geloof wel in de Engelse term ‘civil servant’, wat een treffende pasvorm voor onze job is. We dienen inderdaad het bredere sa-menlevingsdoel.”

Cultuur opent deuren

Zitten de Fransen wel te wachten op Vlaanderen? Onze grote zuiderbuur kijkt volgens de diplomaat pragmatisch naar ons land. Gaëtan: “Onze Franse contacten vinden ons steeds vaker en sneller als bevoorrech-te gesprekspartners. Er heerst in Frankrijk een grote appreciatie voor de Vlaamse cultuur en creativiteit, zowel historisch als hedendaags. Het is deel van hun identiteit om daar veel aandacht voor te hebben en waarde aan te hechten. Als Algemene Afvaardiging is het dan ook van het grootste belang om ons met onze cultuur te presenteren.”

Het begint met een gesprek over een creatie, een productie, een kunstenaar en dat is vaak het opstapje waarmee wij onze staatsstructuur kunnen toelichten.” Het inzetten op cultuur dient voor Gaëtan gebalan-ceerd te gebeuren. “Gebruik je cultuur enkel instrumenteel als een glijmiddel, dan mis je authenticiteit. Daarom brengen we een doorleefd en waarachtig verhaal. Het ergste wat je kan doen is een beeld pro-beren te scheppen van iets wat je in realiteit niet bent. Het is zoals Amerikanen vaak zeggen: “If you talk the talk, you have to walk the walk”.

Tweerichtingsverkeer

Op het Departement Cultuur richtten we een actieve werkgroep ‘culturele diplomatie’ op. We definieerden en vulden de term in. Cultuur wordt vaak ten dienste gesteld van andere doelen. Vergelijk het met aca-demische diplomatie, waarbij internationale betrekkingen de academische wereld doen groeien met uit-wisselingen en joint ventures. Of economische diplomatie, die je ten dienste stelt van economische ont-wikkeling. Maar bij culturele diplomatie zie je te vaak een omgekeerde en eenzijdige redenering.”

“Waarom zou een diplomatiek netwerk ook niet ten dienste mogen staan van de culturele sector? Voor mij is een efficiënte en authentieke culturele diplomatie er één die in de twee richtingen gaat, waar je gebruik maakt van de schoonheid, de originaliteit en de boodschap van cultuur. Maar waarbij je er tege-lijkertijd garandeert dat je als overheid en diplomaat de culturele actor of instelling in kwestie vooruit helpt. Dat is één van onze speerpunten om die dubbele uitwerking te garanderen.”

Samenwerkingsdiplomatie

Het belang van het Vlaamse diplomatieke netwerk wordt door sommigen in twijfel getrokken. De kinder-ziektes zijn echter verleden tijd. “Vandaag spreken we van een samenwerkingsdiplomatie, waarbij ge-westen, gemeenschappen en de federale entiteit, met respect voor elkaars bevoegdheden, samenwer-ken. Men ervaart hoe onze collegialiteit loont. Het feit dat onze grondwet toelaat dat we nationale en regionale diplomatie hebben, geeft Vlaanderen als regio zuurstof. En dat in een maatschappij waar bijna alles per definitie een internationale dimensie heeft.”

In het 25-jarig bestaan van het Vlaams buitenlands beleid werd diplomatie breder gestoeld, weet Ga-etan: “In wezen gaat diplomatie over relaties. Relaties tussen mensen, staten en groepen. Voor mij is de essentie hoe je omgaat met belangen, tegenstrijdige belangen soms. Je zoekt een evenwicht en wil standpunten verzoenen, ook wanneer dat niet evident is.”

Info: www.flandersinfrance.be

Auteur:
Koen Van der Schaeghe