Stefanie Bogaerts aan de Oekraïense grens: “Wij hadden tien mensen in huis.”
Van bij de start van de Russische invasie bood de Vlaamse Stefanie Bogaerts in Oost-Polen onderdak aan Oekraïense vluchtelingen. Zij namen haar huishouden over, zodat zij meer tijd had om anderen te helpen. Het aantal vluchtelingen fluctueert dagelijks. Het centrum dat zij opzette, focust op transit. Polen kan de toestroom immers niet aan. Een gesprek met de Vlaamse in Polen, op vijftig kilometer van de Oekraïense grens, waar de straaljagers boven het hoofd vliegen en het afweergeschut langs de autosnelweg staat.
Niet niets doen
Nabij de Oekraïense grens, in het oostelijke deel van Polen leeft de oorlog erg. Het strijdtoneel is niet enkel vlakbij, de banden zijn er sterk, zowel familiaal, vriendschappelijk als professioneel. Het maakt de gastvrijheid enorm. Het is hier dat Stefanie met haar gezin woont. “Ik studeerde slavistiek en studeerde met een Vlaamse beurs in Poznań. Daar ontmoette ik mijn Poolse echtgenoot, die opgroeide in de grensstreek. Samen met onze vier kinderen wonen wij in Zamość. Wij konden niet niets doen. Mijn echtgenoot heeft hier een logistiek bedrijf. Op een zeker moment hadden we tien mensen in huis. Zij namen mijn huishouden over, kookten en zorgden voor de kinderen. Zo kon ik anderen helpen. Sinds de inval leef ik in overdrive. De eerste week kon ik niet slapen, maar uiteindelijk moet je, om het vol te houden. Ik moet eerst voor mezelf zorgen, vooraleer ik anderen kan helpen.”
“De eerste mensen kwamen nog voorbereid, maar al gauw kwamen ze enkel met een rugzak. Vrouwen en kinderen vooral, de mannen gaan naar het front. Wie het snelst na de invasie vluchtte, had nog enigszins geluk en vaak contacten in West-Europa. Nog schrijnender is het vandaag, met minder mobiele mensen op de vlucht. Zeker naarmate de gevechten in West-Oekraïne toenemen, zwelt de toestroom aan. Men is radeloos. Het spaargeld dat men nog kon afhalen, is absoluut niets meer waard. Velen doen wat ze kunnen. Ik ben bijna gestopt met werken en ben haast voltijds met de opvang bezig. Ik zoek opvangruimtes, een grote trouwzaal bijvoorbeeld die onderdak biedt aan veertig mensen. Via Belgische connecties en inzamelacties krijg ik steun. En of die goed terecht komt! Ik voel mij gezegend door de massale steun.”
West-Europa
“Wij richten ons op drie pijlers. Vooreerst de opvang. We bieden vluchtelingen een slaapplaats. Het zijn transitplekken, van waaruit wij mensen verder op weg helpen, naar locaties waar ze langer of semi permanent kunnen verblijven. Na een lange vermoeiende vlucht in angst en onzekerheid is een eerste plek om veilig te bekomen essentieel. Een tweede pijler is logistiek. Mijn echtgenoot beschikt dankzij connecties over de nodige opslagplaatsen, waar transporten uit West-Europa herverdeeld worden, vooraleer ze naar Oekraïne gaan. Tenslotte is er het element van vertalingen. Het is een vaak onderschat aandachtspunt, want er is een grote behoefte aan tweetalige personen, om het communiceren mogelijk te maken.”
“We richtten een steunfonds met een website op, met de mogelijkheid om concreet te storten voor één van de drie doelen. Dat op korte termijn. Op middellange termijn en nu al is vooral West-Europa nodig. Polen loopt helemaal vol. Mensen moeten elders onderdak vinden, want de toestroom zal aanhouden. En Polen kan die toevloed niet meer aan. Dat is het grootste probleem. Dit is slechts het begin van een humanitaire operatie. Daarom kijk ik naar West-Europa. Sommigen mensen zijn slechts beperkt mobiel, anderen zijn niet zelfredzaam of in staat om zelf te beslissen waar ze naartoe moeten. Dat zijn de meest kwetsbaren. Zij kunnen ook moeilijk naar familiale opvang, want zij hebben sociale omkadering nodig.”
Info: Steun de initiatieven van Stefanie via www.lapigua.org
Foto: Stefanies kinderen Maja (links) en Tommie (rechts) met hun nieuwe Oekraïense vriendje Sasja in het midden maken chocolade brownies in de keuken.